Statenvertaling.nl

sample header image

Jesaja 35 – Statenvertaling editie 1637

Op deze pagina kunt u de Statenvertaling raadplegen in de editie van 1637 en/of 1657. De edities 1637, 1657 en de GBS-editie kunnen naar keuze parallel worden weergegeven. (Bij parallelweergave worden bij een vers eerst de kanttekeningen met verwijsteksten getoond, daarna de verklarende kanttekeningen.)

Edities SV:    

Bijbelboek:    

Hoofdstuk: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62 63 64 65 66
Inleiding Bijbelboek
Weergave: Met kanttekeningenZonder kanttekeningen

Jesaja 35

1 DE woestijne ende de dorre plaetsen sullen hier over vrolick zijn: ende de wildernisse sal sich verheugen, ende sal bloeyen als een roose.
2 Sy sal lustich bloeyen, ende sich verheugen, ja [met] verheuginge, ende juychen: de heerlicheyt van Libanon is haer gegeven, de cieraet van Carmel, ende Saron: sy sullen sien de heerlickheyt des HEEREN, den cieraet onses Godts.
3 Versterckt de slappe handen, ende stelt de struyckelende knyen vaste.
4 Segt den onbedachtsamen van herten, Weest sterck, en vreest niet, siet u lieder Godt sal [ter] wrake komen [met] de vergeldinge Godts, hy sal komen, ende u lieden verlossen.
5 Alsdan sullen der blinden oogen opgedaen worden, ende der dooven ooren sullen geopent worden.
6 Alsdan sal de kreupele springen als een hert, ende de tonge des stommen sal juychen: want in de woestijne sullen wateren uytbersten, ende beken in de wildernisse.
7 Ende het dorre lant sal tot staende water worden, ende het dorstich lant tot sprinck-aders der wateren: in de wooninge der Draken, daer sy gelegen hebben, sal gras met riet ende biesen zijn.
8 Ende aldaer sal eene verhevene bane, ende een wech zijn, welck de heylige wech sal genaemt worden: De onreyne en sal daer niet doorgaen, maer hy sal voor dese zijn: die [desen] wech wandelt, selfs de dwasen en sullen niet dwalen.
9 Daer en sal geen Leeuw zijn, nochte geen verscheurende gedierte en sal daer op komen, noch aldaer gevonden worden, maer de verloste sullen [daer op] wandelen.
10 Ende de vrygecochte des HEEREN sullen wederkeeren, ende [tot] Zion komen met gejuych, ende eeuwige blijtschap sal op haer hooft wesen: vrolickheyt ende blijtschap sullen sy verkrijgen, maer droeffenisse ende suchtinge sullen wech-vlieden.

Einde Jesaja 35