Statenvertaling.nl

sample header image

Psalm 96 – Statenvertaling editie 1637

Op deze pagina kunt u de Statenvertaling raadplegen in de editie van 1637 en/of 1657. De edities 1637, 1657 en de GBS-editie kunnen naar keuze parallel worden weergegeven. (Bij parallelweergave worden bij een vers eerst de kanttekeningen met verwijsteksten getoond, daarna de verklarende kanttekeningen.)

Edities SV:    

Bijbelboek:    

Hoofdstuk: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 84 85 86 87 88 89 90 91 92 93 94 95 96 97 98 99 100 101 102 103 104 105 106 107 108 109 110 111 112 113 114 115 116 117 118 119 120 121 122 123 124 125 126 127 128 129 130 131 132 133 134 135 136 137 138 139 140 141 142 143 144 145 146 147 148 149 150
Inleiding Bijbelboek
Weergave: Met kanttekeningenZonder kanttekeningen

Psalm 96

1 SIngt den HEERE een nieuw liedt, Singt den HEERE ghy gantsche aerde.
2 Singt den HEERE, looft sijnen Name: bootschapt sijn heyl van dach tot dach.
3 Vertelt onder de heydenen sijne eere: onder alle volcken sijne wonderen.
4 Want de HEERE is groot, ende seer te prijsen, hy is vreeslick boven alle Goden.
5 Want alle de Goden der volckeren zijn afgoden: maer de HEERE heeft de hemelen gemaeckt.
6 Majesteyt ende heerlickheyt zijn voor sijn aengesichte: Sterckte ende cieraet in sijn Heylichdom.
7 Geeft den HEERE, ghy geslachten der volcken, geeft den HEERE eerde ende sterckte.
8 Geeft den HEERE de eere sijnes Naems, brengt offer, ende komt in sijne voorhoven.
9 Aenbidt den HEERE in de heerlickheyt des Heylichdoms, schrickt voor sijn aengesichte, ghy gantsche aerde.
10 Segt onder de Heydenen, De HEERE regeert: oock sal de werelt bevesticht worden, sy en sal niet beweegt worden: hy sal de volcken richten in alle rechtmaticheyt.
11 Dat de hemelen haer verblijden, ende de aerde haer verheuge: dat de zee bruyse met hare volheyt.
12 Dat het velt huppele van vreuchde met al datter in is, dat dan alle de boomen des wouts juychen,
13 Voor’t aengesichte des HEEREN: want hy komt, want hy komt om de aerde te richten, hy sal de werelt richten met gerechticheyt, ende de volcken met sijne waerheyt.

Einde Psalm 96