Statenvertaling.nl

trommius

Zoeken Statenvertaling en kanttekeningen – huis

Via deze pagina kunt u online zoeken in de Bijbeltekst en kanttekeningen van de Statenvertaling (editie GBS). U kunt zoeken op één of meer woorden of delen van woorden. De zoekresultaten worden direct onder de zoekopdracht getoond en kunnen ook per Bijbelboek worden geraadpleegd. Vanuit de zoekresultaten kunt u de gevonden Bijbelgedeelten en/of kanttekeningen raadplegen. Via de pijltoetsen in uw browser kunt u terugkeren naar een eerder getoond scherm.

Zoekwoord(en):      (tip: kies zo min mogelijk woorden)
Tekst bevat: 
Zoeken op:  
Zoeken in:  
 

Zoekresultaten per Bijbelboek (aantal verzen)

Gen (69)    Ex (19)    Lev (33)    Num (51)    Deut (31)    Joz (13)    Richt (59)    Ruth (5)    1 Sam (56)    2 Sam (88)    1 Kon (140)    2 Kon (98)    1 Kron (78)    2 Kron (158)    Ezra (50)    Neh (37)    Esth (21)    Job (17)    Ps (38)    Spr (34)    Pred (4)    Hoogl (3)    Jes (47)    Jer (91)    Klgld (1)    Ez (129)    Dan (9)    Hos (12)    Joël (4)    Amos (20)    Obadja (2)    Micha (10)    Nah (1)    Hab (3)    Zef (2)    Hagg (8)    Zach (25)    Mal (1)    Matth (30)    Mark (26)    Luk (49)    Joh (11)    Hand (33)    Rom (1)    1 Kor (3)    2 Kor (1)    Filipp (1)    Kol (1)    1 Tim (5)    2 Tim (3)    Tit (1)    Hebr (8)    1 Petr (2)    2 Joh (1)    Totaal OT (1467)    Totaal NT (176)    Alle Bijbelboeken (1643)
 

Nieuwe Testament: zoekresultaten 1-50 (van 176)

Volgende

Matth. 2:11    (idem met kt.)   En in het huis gekomen zijnde, vonden zij het Kindeken met Maria, Zijn moeder, en nedervallende hebben zij Hetzelve aangebeden. En hun schatten opengedaan hebbende, brachten zij Hem geschenken: goud en wierook en mirre.

Matth. 5:15    (idem met kt.)   En men steekt geen kaars aan en zet die onder een korenmaat, maar op een kandelaar, en zij schijnt allen die in het huis zijn.

Matth. 7:24    (idem met kt.)   Een iegelijk dan die deze Mijn woorden hoort en dezelve doet, dien zal Ik vergelijken bij een voorzichtig man, die zijn huis op een steenrots gebouwd heeft;

Matth. 7:25    (idem met kt.)   En er is slagregen nedergevallen, en de waterstromen zijn gekomen, en de winden hebben gewaaid en zijn tegen hetzelve huis aangevallen, en het is niet gevallen, want het was op de steenrots gegrond.

Matth. 7:26    (idem met kt.)   En een iegelijk die deze Mijn woorden hoort en dezelve niet doet, die zal bij een dwazen man vergeleken worden, die zijn huis op het zand gebouwd heeft;

Matth. 7:27    (idem met kt.)   En de slagregen is nedergevallen, en de waterstromen zijn gekomen, en de winden hebben gewaaid en zijn tegen hetzelve huis aangeslagen, en het is gevallen, en zijn val was groot.

Matth. 8:6    (idem met kt.)   En zeggende: Heere, mijn knecht ligt te huis geraakt, en lijdt zware pijnen.

Matth. 8:14    (idem met kt.)   En Jezus gekomen zijnde in het huis van Petrus, zag zijner vrouws moeder te bed liggen, hebbende de koorts.

Matth. 9:6    (idem met kt.)   Doch opdat gij moogt weten dat de Zoon des mensen macht heeft op de aarde de zonden te vergeven (toen zeide Hij tot den geraakte): Sta op, neem uw bed op en ga heen naar uw huis.

Matth. 9:7    (idem met kt.)   En hij opgestaan zijnde, ging heen naar zijn huis.

Matth. 9:10    (idem met kt.)   En het geschiedde als Hij in het huis van Matthéüs aanzat, zie, vele tollenaars en zondaars kwamen en zaten mede aan, met Jezus en Zijn discipelen.

Matth. 9:23    (idem met kt.)   En als Jezus in het huis des oversten kwam en zag de pijpers en de woelende schare,

Matth. 9:28    (idem met kt.)   En als Hij in huis gekomen was, kwamen de blinden tot Hem. En Jezus zeide tot hen: Gelooft gij dat Ik dat doen kan? Zij zeiden tot Hem: Ja Heere.

Matth. 10:6    (idem met kt.)   Maar gaat veelmeer heen tot de verloren schapen van het huis Israëls.

Matth. 10:12    (idem met kt.)   En als gij in het huis gaat, zo groet hetzelve.

Matth. 10:13    (idem met kt.)   En indien dat huis waardig is, zo kome uw vrede over datzelve; maar indien het niet waardig is, zo kere uw vrede weder tot u.

Matth. 10:14    (idem met kt.)   En zo iemand u niet zal ontvangen, noch uw woorden horen, uitgaande uit dat huis of uit dezelve stad, schudt het stof uwer voeten af.

Matth. 12:4    (idem met kt.)   Hoe hij gegaan is in het huis Gods, en de toonbroden gegeten heeft, die hem niet geoorloofd waren te eten, noch ook hun die met hem waren, maar den priesters alleen?

Matth. 12:25    (idem met kt.)   Doch Jezus kennende hun gedachten, zeide tot hen: Een ieder koninkrijk dat tegen zichzelf verdeeld is, wordt verwoest; en een iedere stad of huis dat tegen zichzelf verdeeld is, zal niet bestaan.

Matth. 12:29    (idem met kt.)   Of hoe kan iemand in het huis eens sterken inkomen en zijn vaten ontroven, tenzij dat hij eerst den sterke gebonden heeft? En alsdan zal hij zijn huis beroven.

Matth. 12:44    (idem met kt.)   Dan zegt hij: Ik zal wederkeren in mijn huis, vanwaar ik uitgegaan ben; en komende vindt hij het ledig, met bezemen gekeerd, en versierd.

Matth. 13:1    (idem met kt.)   EN te dien dage Jezus uit het huis gegaan zijnde, zat bij de zee.

Matth. 13:36    (idem met kt.)   Toen nu Jezus de scharen van Zich gelaten had, ging Hij naar huis. En Zijn discipelen kwamen tot Hem, zeggende: Verklaar ons de gelijkenis van het onkruid des akkers.

Matth. 13:57    (idem met kt.)   En zij werden aan Hem geërgerd. Maar Jezus zeide tot hen: Een profeet is niet ongeëerd dan in zijn vaderland en in zijn huis.

Matth. 15:24    (idem met kt.)   Maar Hij antwoordende zeide: Ik ben niet gezonden dan tot de verloren schapen van het huis Israëls.

Matth. 17:25    (idem met kt.)   Hij zeide: Ja. En toen hij in huis gekomen was, voorkwam hem Jezus, zeggende: Wat dunkt u, Simon? De koningen der aarde, van wie nemen zij tollen of schatting, van hun zonen of van de vreemden?

Matth. 21:13    (idem met kt.)   En Hij zeide tot hen: Er is geschreven: Mijn huis zal een huis des gebeds genaamd worden; maar gij hebt dat tot een moordenaarskuil gemaakt.

Matth. 23:38    (idem met kt.)   Zie, uw huis wordt u woest gelaten.

Matth. 24:17    (idem met kt.)   Die op het dak is, kome niet af om iets uit zijn huis weg te nemen;

Matth. 24:43    (idem met kt.)   Maar weet dit, dat zo de heer des huizes geweten had in welke nachtwake de dief komen zou, hij zou gewaakt hebben en zou zijn huis niet hebben laten doorgraven.

Mark. 1:29    (idem met kt.)   En van stonden aan uit de synagoge gegaan zijnde, kwamen zij in het huis van Simon en Andréas, met Jakobus en Johannes.

Mark. 2:1    (idem met kt.)   EN na sommige dagen is Hij wederom binnen Kapérnaüm gekomen; en het werd gehoord dat Hij in huis was.

Mark. 2:11    (idem met kt.)   Ik zeg u, sta op en neem uw beddeken op en ga heen naar uw huis.

Mark. 2:15    (idem met kt.)   En het geschiedde als Hij aanzat in deszelfs huis, dat ook vele tollenaren en zondaren aanzaten met Jezus en Zijn discipelen; want zij waren velen en waren Hem gevolgd.

Mark. 2:26    (idem met kt.)   Hoe hij ingegaan is in het huis Gods, ten tijde van Abjathar, den hogepriester, en de toonbroden gegeten heeft, die niemand zijn geoorloofd te eten dan den priesters, en ook gegeven heeft dengenen die met hem waren?

Mark. 3:20    (idem met kt.)   En zij kwamen in huis; en daar vergaderde wederom een schare, alzo dat zij ook zelfs niet konden brood eten.

Mark. 3:25    (idem met kt.)   En indien een huis tegen zichzelf verdeeld is, zo kan dat huis niet bestaan.

Mark. 3:27    (idem met kt.)   Er kan niemand in het huis eens sterken ingaan en zijn vaten ontroven, indien hij niet eerst den sterke bindt; en alsdan zal hij zijn huis beroven.

Mark. 5:19    (idem met kt.)   Doch Jezus liet hem dat niet toe, maar zeide tot hem: Ga heen naar uw huis tot de uwen, en boodschap hun wat grote dingen de Heere u gedaan heeft, en hoe Hij Zich uwer ontfermd heeft.

Mark. 5:35    (idem met kt.)   Terwijl Hij nog sprak, kwamen enigen van het huis van den overste der synagoge, zeggende: Uw dochter is gestorven; wat zijt gij den Meester nog moeilijk?

Mark. 5:38    (idem met kt.)   En kwam in het huis van den overste der synagoge, en zag de beroerte en degenen die zeer weenden en huilden.

Mark. 6:4    (idem met kt.)   En Jezus zeide tot hen: Een profeet is niet ongeëerd dan in zijn vaderland en onder zijn magen en in zijn huis.

Mark. 6:10    (idem met kt.)   En Hij zeide tot hen: Zo waar gij in een huis zult ingaan, blijft daar totdat gij vandaar uitgaat.

Mark. 7:17    (idem met kt.)   En toen Hij van de schare in huis gekomen was, vraagden Hem Zijn discipelen van de gelijkenis.

Mark. 7:24    (idem met kt.)   En vandaar opstaande ging Hij weg naar de landpalen van Tyrus en Sidon; en in een huis gegaan zijnde, wilde Hij niet dat het iemand wist, en Hij kon nochtans niet verborgen zijn.

Mark. 7:30    (idem met kt.)   En als zij in haar huis kwam, vond zij dat de duivel uitgevaren was, en de dochter liggende op het bed.

Mark. 8:3    (idem met kt.)   En indien Ik hen nuchter naar hun huis laat gaan, zo zullen zij op den weg bezwijken; want sommigen van hen komen van verre.

Mark. 8:26    (idem met kt.)   En Hij zond hem naar zijn huis, zeggende: Ga niet in het vlek en zeg het niemand in het vlek.

Mark. 9:28    (idem met kt.)   En als Hij in huis gegaan was, vraagden Hem Zijn discipelen alleen: Waarom hebben wij hem niet kunnen uitwerpen?

Mark. 9:33    (idem met kt.)   En Hij kwam te Kapérnaüm, en in het huis gekomen zijnde, vraagde Hij hun: Waarvan hadt gij woorden onder elkander op den weg?

Nieuwe Testament: zoekresultaten 1-50 (van 176)

Volgende
 

Naar zoekresultaten per Bijbelboek

Naar top van deze pagina