Statenvertaling.nl

sample header image

Psalm 92 – Statenvertaling editie 1637

Op deze pagina kunt u de Statenvertaling raadplegen in de editie van 1637 en/of 1657. De edities 1637, 1657 en de GBS-editie kunnen naar keuze parallel worden weergegeven. (Bij parallelweergave worden bij een vers eerst de kanttekeningen met verwijsteksten getoond, daarna de verklarende kanttekeningen.)

Edities SV:    

Bijbelboek:    

Hoofdstuk: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31 32 33 34 35 36 37 38 39 40 41 42 43 44 45 46 47 48 49 50 51 52 53 54 55 56 57 58 59 60 61 62 63 64 65 66 67 68 69 70 71 72 73 74 75 76 77 78 79 80 81 82 83 84 85 86 87 88 89 90 91 92 93 94 95 96 97 98 99 100 101 102 103 104 105 106 107 108 109 110 111 112 113 114 115 116 117 118 119 120 121 122 123 124 125 126 127 128 129 130 131 132 133 134 135 136 137 138 139 140 141 142 143 144 145 146 147 148 149 150
Inleiding Bijbelboek
Weergave: Met kanttekeningenZonder kanttekeningen

Psalm 92

1 EEn Psalm, een Liedt, op den Sabbath-dach.
2 ’Tis goet datmen den HEERE love: ende uwen Name psalm-singe, o Alder-hoochste.
3 Datmen in den morgenstont uwe goedertierenheyt verkondige: ende uwe getrouwicheyt in de nachten.
4 Op het tien-snarich instrument, ende op de luyte: met een voorbedacht liet op de Harpe.
5 Want ghy hebt my verblijt, HEERE, met uwe daden: ick sal juychen over de wercken uwer handen.
6 O HEERE, hoe groot zijn uwe wercken! seer diepe zijn uwe gedachten.
7 Een onvernuftich man en weet daer niet van: noch een dwaes en verstaet dit selve niet,
8 Dat de godtloose groeyen als ’t kruyt, ende alle de werckers der ongerechticheyt bloeyen, op datse tot in der eeuwicheyt verdelgt worden.
9 Maer ghy zijt de Alderhoochste, in eeuwicheyt de HEERE.
10 Want siet uwe vyanden, o HEERE, want siet uwe vyanden sullen vergaen: alle de werckers der ongerechticheyt sullen verstroyt worden.
11 Maer ghy sult mijnen hoorn verhoogen, gelijck eenes Eenhoorns: Ick ben met versche olye overgoten.
12 Ende mijn ooge sal mijne verspieders aenschouwen, mijne ooren sullen ’t hooren, aengaende de boosdoenders, die tegens my opstaen.
13 De rechtveerdige sal groeyen als een palm-boom: hy sal wassen als een ceder-boom op Libanon.
14 Die in’t Huys des HEEREN geplant zijn, dien sal gegeven worden te groeyen inde voorhoven onses Godts.
15 In den grijsen ouderdom sullen sy noch vruchten dragen: sy sullen vet ende groene zijn,
16 Om te verkondigen, dat de HEERE recht is: Hy is mijn rotzsteen, ende in hem en is geen onrecht.

Einde Psalm 92