Statenvertaling.nl

sample header image

Inleiding 1 Petrus – Statenvertaling

Op deze pagina kunt u de Statenvertaling met kanttekeningen online raadplegen in de editie van de GBS (Gereformeerde Bijbelstichting).

Bijbelboek:    

Hoofdstuk: 1 2 3 4 5
Inleiding Bijbelboek
Weergave: Met kanttekeningenParallelZonder kanttekeningenAlleen Bijbeltekst

De eerste algemene zendbrief van den apostel Petrus

Inhoud van dezen zendbrief

DE apostel Petrus, dewijl hij voornamelijk zijn apostelambt onder de besnijdenis bediende, Gal. 2:9, schrijft dezen zendbrief aan de gemeenten der verstrooide Joden die in Pontus, Galatië, Cappadocië, Azië en Bithynië tot het geloof in CHRISTUS gebracht waren; en dat om hen aan de ene zijde in de aangenomen waarheid te versterken, en aan de andere zijde om hen tot hun schuldigen plicht te vermanen, gelijk hij hfdst. 5:12 betuigt. Deze zendbrief begrijpt inzonderheid deze leden: Eerst, na het opschrift des briefs in de eerste twee verzen vervat, doet de apostel een korte verklaring van de evangelische leer, en verhaalt de voornaamste weldaden die wij door CHRISTUS verwerven, tot vers 13 van het eerste hoofdstuk. Daarna, uit de overdenking der verlossing door CHRISTUS geschied, vermaant hij hen tot een christelijken wandel, zo in het gemeen tot vers 13 van het tweede hoofdstuk, als in het bijzonder, namelijk de onderdanen tot gehoorzaamheid aan hun overheden, de dienstknechten tot gehoorzaamheid aan hun heren, en de getrouwde vrouwen en mannen tot hun onderlingen schuldigen plicht, tot vers 8 van het derde hoofdstuk, van welk achtste vers voort hij wederom keert tot gemene vermaningen, en inzonderheid van liefde, lijdzaamheid en matigheid tot het einde van het vierde hoofdstuk. In het begin van het vijfde hoofdstuk vermaant hij de ouderlingen van hun schuldigen plicht in het weiden van hun kudden, en de jongen van hun plicht, en allebeiden tot nuchterheid en waken tegen den duivel, tot vers 10 toe. Van waar af hij den brief besluit met een ernstig gebed tot God voor hen, en met onderlinge groet.

Einde inleiding 1 Petrus