Op deze pagina kunt u de Statenvertaling met kanttekeningen online raadplegen in de editie van de GBS (Gereformeerde Bijbelstichting).
1 EN indien zijn offerande een dankoffer is: zo hij ze van de runderen offert, hetzij mannetje of wijfje, volkomen zal hij die offeren, voor het aangezicht des HEEREN. |
2 En hij zal zijn hand op het hoofd zijner offerande leggen, en zal ze slachten voor de deur van de tent der samenkomst; en de zonen van Aäron, de priesters, zullen het bloed rondom op het altaar sprengen. |
3 Daarna zal hij van dat dankoffer een vuuroffer den HEERE offeren: het vet dat het ingewand bedekt, en al het vet dat aan het ingewand is. |
4 Dan zal hij beide de nieren en het vet dat daaraan is, dat aan de weekdarmen is, en het net over de lever, met de nieren, dat zal hij afnemen. |
5 En de zonen van Aäron zullen dat aansteken op het altaar, op het brandoffer, hetwelk op het hout zal zijn dat op het vuur is; het is een vuuroffer tot een lieflijken reuk den HEERE. |
6 En indien zijn offerande van kleinvee is, den HEERE tot een dankoffer, hetzij mannetje of wijfje, volkomen zal hij die offeren. |
7 Indien hij een lam tot zijn offerande offert, zo zal hij het offeren voor het aangezicht des HEEREN. |
8 En hij zal zijn hand op het hoofd zijner offerande leggen, en hij zal die slachten voor de tent der samenkomst; en de zonen van Aäron zullen het bloed daarvan sprengen op het altaar rondom. |
9 Daarna zal hij van dat dankoffer een vuuroffer den HEERE offeren: zijn vet, den gehelen staart, dien hij dicht aan de ruggengraat zal afnemen; en het vet bedekkende het ingewand, en al het vet dat aan het ingewand is; |
10 Ook beide de nieren en het vet dat daaraan is, dat aan de weekdarmen is; en het net over de lever, met de nieren, dat zal hij afnemen. |
11 En de priester zal dat aansteken op het altaar; het is een spijze des vuuroffers den HEERE. |
12 Indien nu zijn offerande een geit is, zo zal hij die offeren voor het aangezicht des HEEREN. |
13 En hij zal zijn hand op haar hoofd leggen, en hij zal ze slachten voor de tent der samenkomst; en de zonen van Aäron zullen haar bloed sprengen op het altaar rondom. |
14 Dan zal hij daarvan zijn offerande offeren, een vuuroffer den HEERE: het vet bedekkende het ingewand, en al het vet dat aan het ingewand is; |
15 Mitsgaders beide de nieren en het vet dat daaraan is, dat aan de weekdarmen is; en het net over de lever, met de nieren, dat zal hij afnemen. |
16 En de priester zal die aansteken op het altaar; het is een spijze des vuuroffers tot een lieflijken reuk; alle vet zal des HEEREN zijn. |
17 Dit zij een eeuwige inzetting voor uw geslachten, in al uw woningen; geen vet noch bloed zult gij eten. |