Statenvertaling.nl

sample header image

Spreuken 17 – Statenvertaling

Op deze pagina kunt u de Statenvertaling met kanttekeningen online raadplegen in de editie van de GBS (Gereformeerde Bijbelstichting).

Bijbelboek:    

Hoofdstuk: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 23 24 25 26 27 28 29 30 31
Inleiding Bijbelboek
Weergave: Met kanttekeningenParallelZonder kanttekeningenAlleen Bijbeltekst

Spreuken 17

Dit hoofdstuk voorgelezen (v):

 

Rust en twist
1 EENa droge bete en rust daarbij is beter dan een huis vol van geslachte beesten met twist. a Spr. 15:17. verwijsteksten
2 Een verstandig knecht zal heersen over een zoon die beschaamd maakt, en in het midden der broederen zal hij erfenis delen.
3 bDe smeltkroes is voor het zilver en de oven voor het goud, cmaar de HEERE proeft de harten. b Spr. 27:21. c Jer. 17:10. verwijsteksten
4 De boosdoener merkt op de ongerechtige lip, een leugenaar neigt het oor tot de verkeerde tong.
5 dDie den arme bespot, smaadt deszelfs Maker; die zich verblijdt in het verderf, zal niet onschuldig zijn. d Spr. 14:31. verwijsteksten
6 De kroon der ouden zijn de kindskinderen, en der kinderen sieraad zijn hun vaderen.
7 Een voortreffelijke lip past een dwaas niet, veelmin een prins een leugenachtige lip.
8 Het geschenk is in de ogen zijner heren een aangenaam gesteente; waarheen het zich zal wenden, zal het wel gedijen.
9 Die de overtreding toedekt, zoekt liefde; maar die de zaak weder ophaalt, scheidt den voornaamsten vriend.
10 De bestraffing gaat dieper in den verstandige, dan den zot honderdmaal te slaan.
11 Zekerlijk, de wederspannige zoekt het kwaad, maar een wrede bode zal tegen hem gezonden worden.
12 Dat een beer die van jongen beroofd is, een man tegemoetkome, maar niet een zot in zijn dwaasheid.
13 eDie kwaad voor goed vergeldt, het kwaad zal van zijn huis niet wijken. e Deut. 32:35. Spr. 20:22; 24:29. Rom. 12:17. 1 Thess. 5:15. 1 Petr. 3:9. verwijsteksten
14 fHet begin des krakeels is gelijk een die het water opening geeft; daarom, verlaat den twist, eer hij zich vermengt. f Spr. 20:3. verwijsteksten
15 gWie den goddeloze rechtvaardigt en den rechtvaardige verdoemt, zijn den HEERE een gruwel, ja, die beiden. g Ex. 23:7. Spr. 24:24. Jes. 5:23. verwijsteksten
16 Waarom toch zou in de hand des zots het koopgeld zijn, om wijsheid te kopen, dewijl hij geen verstand heeft?
17 Een vriend heeft te allen tijde lief, en een broeder wordt in de benauwdheid geboren.
18 Een verstandeloos mens klapt in de hand, zich borg stellende bij zijn naaste.
19 Die het gekijf liefheeft, heeft de overtreding lief; hdie zijn deur verhoogt, zoekt verbreking. h Spr. 16:18. verwijsteksten
20 Wie verdraaid is van hart, zal het goede niet vinden; en die verkeerd is met zijn tong, zal in het kwaad vallen.
21 Wie een zot genereert, die zal hem tot droefheid zijn; en de vader des dwazen zal zich niet verblijden.
22 iEen blij hart zal een medicijn goed maken, maar een verslagen geest zal het gebeente verdrogen. i Spr. 15:13. verwijsteksten
23 De goddeloze zal het geschenk uit den schoot nemen, om de paden des rechts te buigen.
24 kIn het aangezicht des verstandigen is wijsheid, maar de ogen des zots zijn in het einde der aarde. k Pred. 2:14; 8:1. verwijsteksten
25 lEen zotte zoon is een verdriet voor zijn vader, en bittere droefheid voor degene die hem gebaard heeft. l Spr. 10:1; 15:20; 19:13. verwijsteksten
26 Het is niet goed den rechtvaardige ook te doen boeten; dat de prinsen iemand slaan zouden om hetgeen dat recht is.
27 Wie wetenschap weet, houdt zijn woorden in; en een man van verstand is kostelijk van geest.
28 Een dwaas zelfs die zwijgt, zal wijs geacht worden, en die zijn lippen toesluit, verstandig.

Einde Spreuken 17