Statenvertaling.nl

sample header image

Kolossenzen 2 – Statenvertaling

Op deze pagina kunt u de Statenvertaling met kanttekeningen online raadplegen in de editie van de GBS (Gereformeerde Bijbelstichting).

Bijbelboek:    

Hoofdstuk: 1 2 3 4
Inleiding Bijbelboek
Weergave: Met kanttekeningenParallelZonder kanttekeningenAlleen Bijbeltekst

Kolossenzen 2

Dit hoofdstuk voorgelezen (v):

 

Zorg over de Kolossenzen
1 WANT ik wil dat gij weet hoe groten strijd ik voor u heb, en voor degenen die te Laodicéa zijn, en zovelen als er mijn aangezicht in het vlees niet hebben gezien,
2 Opdat hun harten vertroost mogen worden, en zij samengevoegd zijn in de liefde, en dat tot allen rijkdom der volle verzekerdheid des verstands, atot kennis der verborgenheid van God en den Vader, en van Christus, a Jes. 53:11. Jer. 9:23. Joh. 17:3. Filipp. 3:8. verwijsteksten
3 bIn Denwelken al de schatten der wijsheid en der kennis verborgen zijn. b 1 Kor. 1:24. verwijsteksten
4 En dit zeg ik, copdat niet iemand u misleide met beweegredenen die een schijn hebben. c vers 18. Ef. 5:6. verwijsteksten
5 Want dhoewel ik met het vlees ván u ben, nochtans ben ik met den geest bij u, mij verblijdende en ziende uw eordening en de vastigheid van uw geloof in Christus. d 1 Kor. 5:3. e 1 Kor. 14:40. verwijsteksten
 
De algenoegzaamheid van Christus
6 Gelijk gij dan Christus Jezus, den Heere, hebt aangenomen, wandelt alzo in Hem,
7 fGeworteld en opgebouwd in Hem, en bevestigd in het geloof, gelijkerwijs gij geleerd zijt, govervloedig zijnde in hetzelve met dankzegging. f Ef. 3:17. g 1 Kor. 1:5. verwijsteksten
8 hZiet toe dat niemand u als een roof vervoere door de filosofie en ijdele verleiding, naar de overlevering der mensen, naar de eerste beginselen der wereld, en niet naar Christus. h Rom. 16:17. Hebr. 13:9. verwijsteksten
9 iWant in Hem woont al de volheid der Godheid lichamelijk; i Joh. 1:14. Kol. 1:19. verwijsteksten
10 kEn gij zijt in Hem volmaakt, Die het Hoofd is van alle overheid en macht; k Joh. 1:16. verwijsteksten
11 lIn Welken gij ook besneden zijt met een besnijdenis die zonder handen geschiedt, in de uittrekking van het lichaam der zonden des vleses, door de besnijdenis van Christus; l Deut. 10:16. Jer. 4:4. Rom. 2:29. Filipp. 3:3. verwijsteksten
12 mZijnde met Hem begraven in den doop, in welken gij ook met Hem opgewekt zijt ndoor het geloof der werking Gods, Die Hem uit de doden opgewekt heeft. m Rom. 6:4. Gal. 3:27. n Ef. 1:19; 3:7. verwijsteksten
13 oEn Hij heeft u, als gij dood waart in de misdaden en in de voorhuid uws vleses, mede levend gemaakt met Hem, al uw misdaden u vergevende; o Ef. 2:1. verwijsteksten
14 Uitgewist hebbende het handschrift dat tegen ons was, in inzettingen bestaande, hetwelk, zeg ik, enigerwijze ons tegen was, en heeft datzelve uit het midden weggenomen, hetzelve aan het kruis genageld hebbende;
15 pEn de overheden en de machten uitgetogen hebbende, heeft Hij die in het openbaar tentoongesteld, en heeft door hetzelve over hen getriomfeerd. p Gen. 3:15. Matth. 12:29. Luk. 11:22. Joh. 12:31; 16:11. verwijsteksten
 
De eigenwillige godsdienst
16 qDat u dan niemand oordele in spijze of in drank, of in het stuk rdes feestdags of der nieuwe maan of der sabbatten, q Lev. 11:2. Rom. 14:2. Gal. 4:10. r Lev. 23:2, enz. verwijsteksten
17 Welke zijn seen schaduw der toekomende dingen, maar het lichaam is van Christus. s Hebr. 8:5; 10:1. verwijsteksten
18 tDat dan niemand u overheerse naar zijn wil in nederigheid en dienst der engelen, intredende in hetgeen hij niet gezien heeft, tevergeefs opgeblazen zijnde door het verstand zijns vleses; t Jer. 29:8. Matth. 24:4. Ef. 5:6. 2 Thess. 2:9. 1 Joh. 4:1. verwijsteksten
19 En het Hoofd niet behoudende, uit Hetwelk het gehele lichaam, door de samenvoegselen en samenbindingen voorzien en samengevoegd zijnde, opwast met Goddelijken wasdom.
20 Indien gij dan met Christus vde eerste beginselen der wereld zijt afgestorven, wat wordt gij, gelijk of gij in de wereld leefdet, met inzettingen belast, v Gal. 4:9. verwijsteksten
21 Namelijk raak niet, en smaak niet, en roer niet aan?
22 Welke dingen alle verderven door het gebruik, xingevoerd naar de geboden en leringen der mensen; x Jes. 29:13. Matth. 15:9. Tit. 1:14. verwijsteksten
23 yDewelke wel hebben een schijnrede van wijsheid in eigenwilligen godsdienst en nederigheid, en in het lichaam niet te sparen, doch zijn niet in enige waarde, maar ztot verzadiging des vleses. y 1 Tim. 4:8. z 1 Tim. 5:23. verwijsteksten

Einde Kolossenzen 2